
30 oktober: online spreekuur met Femke van Leeuwen
Ooit wilde ze neuroloog worden, tot ze de veelzijdige wereld van de bedrijfsarts ontdekte. Inmiddels werkt ze al jaren met veel plezier bij ArboNed en geniet ze van de enorme variatie in haar werk, met een sterke focus op preventie: hoe kun je gezond en met plezier aan het werk blijven?
Wat haar het meest raakt? Dat sprankje in iemands ogen wanneer iemand na ziekte weer met passie aan het werk gaat. ‘Dan weet ik zeker dat ik echt iets heb kunnen betekenen.’
Ben jij geneeskundestudent of arts en wil je meer weten over het vak van de bedrijfsarts? Sluit aan bij het online spreekuur met Femke. Ze deelt haar eigen verhaal én geeft antwoord op al jouw vragen.
Datum: donderdag 30 oktober
Tijd: 19:30 – 20:30 uur
Locatie: Teams (link volgt na aanmelding)
Meld je aan: Aanmeldformulier | Online spreekuur 30 oktober

KNMG Carrièrebeurs: Maak kennis met de bedrijfsarts
Kom naar de workshop én de stand van Bedrijfsarts Worden op de KNMG Carrièrebeurs op 4 oktober. Onze ambassadeurs staan voor je klaar!

Luistertip: Femke over een gezonde leefstijl op de werkvloer
Bedrijfsarts en ambassadeur Femke van Leeuwen gaat in de Gezond Ondernemen Podcast van ArboNed in gesprek over een gezonde leefstijl op de werkvloer. Samen met re-integratie- en preventieadviseur Sophie Dobrev zoomt ze in op de vraag: hoe stimuleer je als werkgever een gezonde leefstijl bij je werknemers?
Minder verzuim en minder stress
Voordat je de ‘hoe-vraag’ kunt beantwoorden, is het belangrijk om te weten waaróm je als werkgever aandacht zou moeten geven aan de leefstijl. Wat levert het jou op? Femke: ‘Heel veel bedrijven hebben een tekort aan personeel. Het bieden van leefstijlondersteunende factoren maakt van jou een aantrekkelijke werkgever voor nieuwe werknemers.’ En daarbij: een gezondere leefstijl leidt tot minder verzuim, enthousiastere mensen en minder stress.
Goed voorbeeld doet volgen
Hoe stimuleer je als werkgever een gezonde leefstijl bij je werknemers? Ten eerste, vertellen Femke en Sophie in de podcast, moet je als werkgever het juiste voorbeeld geven. ‘Als werkgever moet je je ervan bewust zijn dat jij een voorbeeldfunctie hebt,’ zegt Sophie. ‘Laat je zien dat je let op je grenzen, stressmanagement en leefstijl, dan merken werknemers dat daar ruimte voor is.’
Daarnaast moet je het voor je werknemers zo gemakkelijk mogelijk maken om hun leefstijl te verbeteren. ‘Je kunt mensen stimuleren om te bewegen, bijvoorbeeld tijdens een wandeloverleg,’ zegt Femke. ‘Zorg ook voor fruit op je werk of voor een fietsplan.’ En vooral: ‘Maak het onderwerp bespreekbaar.’
Een podcast vol praktische gezondheidstips, voor werkgever én werknemer. Beluister de volledige podcast van ArboNed.

De werkweek van bedrijfsarts Suzanne
Geen werkdag is hetzelfde voor bedrijfsarts Suzanne Driessen. Ze voert onderzoek uit, richt zich op preventie en begeleidt werknemers uit heel Nederland tijdens haar spreekuren. Vanuit haar standplaats bij Healthcare Arbodienst in Venlo reist ze regelmatig door het land of werkt ze online vanuit huis. Suzanne neemt je mee in haar werkweek.
Maandag
Suzanne: ‘Elke maandag is anders voor mij. In de oneven weken begin ik met een overleg met de HR-manager van een grote horecaonderneming, gevolgd door een spreekuur voor hun werknemers. Hier behandel ik uiteenlopende vragen en zorgen. Tijdens de pauze maak ik een korte wandeling voordat ik van 13:00 tot 16:00 mijn volgende spreekuur heb. Daarna geef ik een uur supervisie aan onze praktijkondersteuner bedrijfsarts, aios en aniossen. Mijn werkdag eindigt tussen 17:00 en 18:00.
Op de even maandagen werk ik op het kantoor van mijn werkgever, Healthcare Arbodienst in Venlo. ’s Ochtends heb ik spreekuur voor diverse bedrijven, van productiebedrijven tot supermarkten, maar ook spreek ik ZZP’ers. Niet alle arbodiensten behandelen ZZP’ers, maar Healthcare Arbodienst werkt samen met verzekeringsmaatschappijen zoals Achmea en ASR waarbij er wél contracten zijn met ZZP’ers. Tussen mijn spreekuren door maak ik weer tijd voor een wandeling met een collega en in de middag staan er weer spreekuren gepland. Ook staat er weer supervisie op het programma.’
Dinsdag
‘Dinsdagochtend houd ik spreekuur voor een internationale supermarktketen voor medewerkers uit Friesland, Groningen en Drenthe. Meestal werk ik deze dag vanuit huis, omdat alle afspraken online plaatsvinden.
Eens in de zes weken heb ik een bedrijfsartsenoverleg met mijn directe collega’s van Healthcare Arbodienst. In dit overleg bespreken we casussen binnen onze organisatie. Daarnaast heb ik in de middag een opleidingsgesprek met een van de aiossen.’
Woensdag
‘Woensdag is eveneens afwisselend. In de even weken heb ik spreekuur op het kantoor in Venlo voor een supermarktketen. In de oneven weken werk ik in Eindhoven of ben ik bij een klant in Eersel. Daar spreek ik mensen uit allerlei vakgebieden. Dat kunnen meubelmakers, chauffeurs of schoonmakers zijn.’
Donderdag
‘Op donderdag werk ik op het kantoor van Arbodienst Healthcare en zie ik verschillende werknemers van verschillende klanten. Ook geef ik regelmatig supervisie. Tijdens de lunch wandel ik met collega’s. Met enige regelmaat voer ik medisch onderzoek uit. Bedrijven vragen mij om diverse zaken op de werkvloer te onderzoeken. Aan de hand van een uitgebreide vragenlijst breng ik dat in kaart. Het gaat niet alleen om lichamelijke klachten maar ook om de leefstijl van werknemers en hun werkplezier. Deze week staat een onderzoek bij een metaalbewerkingsbedrijf op de planning, maar dit kan ook bij bijvoorbeeld een zwembad, school of winkel zijn.’
Vrijdag
‘Vrijdag begin ik de ochtend met een spreekuur voor een klant in Venlo. Hier zie ik verschillende werknemers, van kleuterleidsters tot fabrieksmedewerkers. In de middag voer ik medische onderzoeken uit bij trein- en buspersoneel.
Eens per maand neem ik op vrijdagmiddag deel aan een intercollegiaal artsenoverleg buiten mijn eigen arbodienst. Tijdens deze bijeenkomsten bespreken we casussen en wisselen we ervaringen uit over de manier van werken van verschillende arbodiensten. Ook bespreken we de uitdagende kanten van ons vak. Hoe ga je bijvoorbeeld om met iemand die niet wil meewerken of wat doe je als je twijfelt aan een diagnose? Ook biedt de vrijdagmiddag ruimte voor afwisselende zaken. Deze week staat een rijbewijskeuring op de planning. Hiervoor voer ik als bedrijfsarts de medische keuring uit.’
Online spreekuur
Meer weten over de werkweek van bedrijfsarts Suzanne?
Donderdagavond 6 juni zit Suzanne voor je klaar tijdens het online spreekuur. Dit is een digitale interactieve sessie voor artsen en geneeskundestudenten die een carrière in de bedrijfsgeneeskunde overwegen. Suzanne neemt je mee in haar werkweek, maar deelt ook haar ervaringen als bedrijfsarts.
Uiteraard is er ook volop tijd voor al jouw vragen. Het online spreekuur begint om 20:00 en duurt ongeveer een uur. Kom jij ook? Meld je gratis aan via bedrijfsartsworden.nl/onlinespreekuur

Centrale aanmeldprocedure bedrijfsartsopleiding van start
NVAB, NSPOH en SGBO hebben samen een centrale aanmeldprocedure voor de opleiding tot bedrijfsarts gelanceerd.

‘Dit werk geeft me energie en voldoening’
Voormalig huisarts Patty Kuiper voelde zich niet meer op haar plek in de spreekkamer. Ze zocht een rol waarin ze meer kon dan ziekte behandelen en vond die als bedrijfsarts: ‘Nu kan ik echt het verschil maken in het leven van mensen.’
‘Als kind wilde ik dierenarts worden, tot ik me realiseerde dat ik toch niet zoveel van dieren houd als ik dacht’, vertelt Patty lachend. Het werd uiteindelijk huisarts. ‘In mijn omgeving gold: als je goed kunt leren, word je dokter.’ Maar eenmaal in de spreekkamer voelde Patty dat dit niet de juiste plek voor haar was. ‘Ik miste passie voor mijn vak en voelde me niet op mijn gemak in mijn rol. Ik zocht een artsenrol die me energie zou geven.’
Toen een recruiter vroeg of het vak van bedrijfsarts wat voor haar zou kunnen zijn, besloot Patty de optie te onderzoeken. ‘Door in gesprek te gaan met bedrijfsartsen ontdekte ik wat het vak inhoudt.’ Haar belangrijkste inzicht? ‘Als bedrijfsarts zet je je medische kennis in om mensen te coachen en hen te helpen weer aan het werk te gaan. In de huisartsenpraktijk zag ik patiënten vaak terugkeren met dezelfde klachten. Als bedrijfsarts kun je concreter bijdragen aan herstel.’
Terug in de schoolbanken
Met deze inzichten besloot Patty de stap van de huisartsenpraktijk naar de bedrijfsgeneeskunde te zetten. Terug in de schoolbanken merkte ze al snel hoeveel voldoening deze keus haar gaf. ‘De meeste van mijn medestudenten hebben een andere specialisatie als achtergrond, maar ze zijn allemaal even gepassioneerd over het vak. Ik besef nu dat ik die bevlogenheid miste als huisarts. Nu voel ik diezelfde passie bij mezelf.’
Van theorie naar actie
De kennis die ze opdoet in de theorie, past Patty direct toe in de praktijk. ‘Tijdens mijn opleiding kreeg ik de opdracht om het ziekteverzuim bij een bedrijf terug te dringen. Door eenvoudige aanpassingen, zoals het verbeteren van de werkplek en het adviseren over pauzes, is het gelukt om het ziekteverzuim aanzienlijk te verminderen. Dat is voor mij de kracht van het vak: je kunt direct een verschil maken, zonder medische ingrepen.’
Vrijheid
Veel mensen realiseren zich niet hoe veelzijdig het werk van een bedrijfsarts is, merkt Patty op. ‘Ik werk voor veel verschillende klanten in midden- en kleinbedrijven. De ene dag spreek ik een directeur van een stichting, en de andere dag heb ik contact met automonteurs. Die variëteit maakt het werk zo interessant.’
Patty benadrukt dat bedrijfsartsen de vrijheid hebben om zich te richten op specifieke doelgroepen. ‘Je kunt je focussen op een doelgroep die bij jou past. Zo kun je aan de slag bij grote bedrijven zoals Shell of de NS, of je toespitsen op een bepaalde sector zoals de zorg of het onderwijs. Deze vrijheid is voor mij een grootpluspunt van het vak.’
Betekenisvol werk
De keuze om bedrijfsarts te worden was voor Patty een schot in de roos. ‘Als huisarts reageerde ik op de ziekte, maar als bedrijfsarts werk ik samen met mensen aan hun gezondheid. Dat maakt het vak dynamisch en heel waardevol.’ Ze moedigt geneeskundestudenten aan om zich te verdiepen in de bedrijfsgeneeskunde. ‘Het werk heeft impact, niet alleen op de persoon zelf, maar ook op de omgeving. Dat maakt elke werkdag interessant en betekenisvol.’

‘Onbewust doe ik hem nu, jaren later, nog steeds na’
In zijn column voor Medisch Contact beschrijft Mustafa Dönmez, ambassadeur van Bedrijfsarts Worden, de impact die een inspirerende opleider heeft op zijn vorming als arts.
‘Hij was de opleider die mij (letterlijk) bij de arm nam om voor het eerst een kussmaulademhaling bij een patiënt met diabetes type 1 daadwerkelijk te kunnen zien’, Hij was de opleider die mij de trommelstokvingers van een patiënt met, bleek later, longkanker toonde.,’ schrijft Mustafa.
‘Steal from the best’
De impact van de opleider reikte verder dan alleen het overdragen van medische kennis. Vooral zijn menselijke inzichten zijn Mustafa bijgebleven. ‘Hij drukte studenten op het hart dat je nooit moet vergeten dat een patiënt kwetsbaar en afhankelijk van je is’. Hij was degene die aan bed altijd op ooghoogte met zijn patiënten communiceerde. Vaak zakte hij daarvoor letterlijk door zijn knieën. Ik ben nog steeds verbaasd dat hij nooit door zijn rug is gegaan’.
Jaren later past Mustafa zijn lessen nog steeds toe. ‘Onbewust doe ik hem nu nog steeds na. “Steal from the best” is mijn motto’.
Lees de column van Mustafa op medischcontact.nl.

“Klinische klachten extra interessant”
BLOG | De vrijdag voor mijn vakantie kom ik iets voor half negen aan op de spreekuurlocatie. Vandaag heb ik twaalf cliënten, zie ik in mijn planning. Dat valt mee. Vol goede moed begin ik aan mijn spreekuur. Bij zeven van de twaalf spreekuren gaat het om cliënten met psychische klachten. Bijna 60%. Tijdens mijn studie heb ik geleerd dat een derde van het ziekteverzuim psychisch van aard is. Mijn vermoeden is al langer dat we veel meer psychisch verzuim zien in onze spreekkamer dan in de literatuur wordt beschreven. Dat blijkt vandaag maar weer. De andere 40% van de klachten die ik deze dag als bedrijfsarts zie zijn klinisch van aard. Voor mij zijn dit altijd extra interessante casussen. Ik kan dan lichamelijk onderzoek doen en meedenken in de differentiaaldiagnose, de behandeling en verdere onderzoeken.
Astma bronchiale
Voordat ik aan mijn carrière als bedrijfsarts begon, heb ik longgeneeskunde gedaan. Ik heb daarom veel affiniteit met astma/COPD, wat mij deze vrijdag goed van pas komt. Ik zie tijdens een van de spreekuren een vrachtwagenchauffeur met een astma bronchiale met persisterende obstructie en een allergische bronchopulmonale aspergillose. Het probleem speelt al langer en het is niet het eerste gesprek dat ik met hem voer. De man heeft de afgelopen jaren veel recidieven gehad en is hiervoor behandeld met prednison en antibiotica. Toen hij bijna een jaar verzuimde met recidiverende longklachten hebben we als arbodienst een expertiseonderzoek ingezet.
Een expertisecentrum beoordeelt gezondheidsklachten en medische beperkingen van mensen die langdurig ziek en arbeidsongeschikt zijn. Zij bieden daarin duidelijkheid over adequate behandeling en belastbaarheid voor arbeid, bijvoorbeeld als herstel en re-integratie stagneert, als een diagnose of prognose onduidelijk is, als er twijfel bestaat over benutbare mogelijkheden of de noodzaak van een behandelinterventie. In dit geval zette ik het expertiseonderzoek in op verzoek van werkgever. Die wilde graag weten of zijn medewerker nog terug kon keren in zijn eigen werk als vrachtwagenchauffeur.
Schakelen met longarts
Parallel aan het expertiseonderzoek heb ik ook medische informatie bij de longarts opgevraagd met de vraag of de behandeling optimaal was. De laatste maanden werd er alleen maar behandeld met prednison. De aspergilles zelf leek niet aangepakt te worden. Door de coronamaatregelen vonden de adviezen en de behandeling allemaal telefonisch plaats. In mijn ogen is dit niet de juiste aanpak, zeker niet als de klachten niet lijken op te knappen. Na aandringen kon mijn cliënt in juli toch op fysieke controle bij de longarts. Hij kreeg itraconazol 100mg voor een periode van drie maanden. De klachten leken eindelijk wat af te nemen. Mijn cliënt had minder dyspneuklachten, sliep beter en kon overdag al meer ondernemen. Ik wilde graag ook een VO2 max laten doen om zijn belastbaarheid te berekenen en pleitte voor de inzet van een revalidatieprogramma. Dat was echter vanwege coronamaatregelen nog niet mogelijk, volgens de longarts.
Kansen op werkhervatting
De uitkomst van het expertisecentrum was dat hij goed behandeld werd. Over de toekomst van het werk konden ze nog geen uitspraak doen. Eerst moest het effect van de behandeling afgewacht worden. Wel is een FML voor een arbeidsdeskundig onderzoek opgesteld, een lijst met functies die zouden kunnen passen bij de belastbaarheid van mijn cliënt. Ook heeft het expertisecentrum een tweesporenbeleid geadviseerd.
Tijdens het spreekuur besprak ik de uitkomst van dit expertiseonderzoek met meneer. Hij was erg teleurgesteld en had meer verwacht van de uitkomst, met name van de behandeling. Na het spreekuur heb ik de uitkomst ook met de werkgever gedeeld en hen geadviseerd om een re-integratiebureau in te zetten, om zo ook de mogelijkheden op de arbeidsmarkt te onderzoeken voor mijn cliënt. Het doel blijft tot nader order terugkeer in eigen werk, maar voor de zekerheid wordt er ook al gekeken naar ander werk bij een andere werkgever, het zogeheten ‘tweede spoor’.
Veel fietsen
Verder besprak ik deze vrijdag met mijn cliënt zijn dagindeling. Hij probeert nu, op mijn advies, zelf minimaal twee keer in de week een flink aantal kilometers te fietsen. Verder probeert hij in de tuin bezig te zijn, de planten te verzorgen en het gras te maaien. Het lukt hem goed overdag bezig te blijven. Ik ben blij voor mijn cliënt dat het hem goed gaat met de nieuwe medicatie en dat hij stappen maakt in zijn belastbaarheid. Als het zo goed blijft gaan zouden we weer een start kunnen maken met een stukje werkhervatting.
Tegelijkertijd vraag ik me af of dit met zijn ziektegeschiedenis en de vele recidieven realistisch is. We maakten daarom de afspraak om vanaf 17 augustus te starten met 4 dagen 2 uur aangepast werk. Ook zou er een start met het 2e spoortraject gemaakt worden via een re-integratiebureau. Over 6 weken spreken we een nieuw spreekuur af om de belastbaarheid en het beloop opnieuw met elkaar te evalueren. Tevreden sluiten we beiden het gesprek af. Mijn vakantie kon beginnen.
Gepubliceerd op: 21 oktober 2020

Meeloopdag opende Mahdi’s ogen: ‘Ik wist meteen dat dit bij mij paste’
Bedrijfsarts worden stond niet bovenaan Mahdi Saghari’s lijstje toen hij aan zijn geneeskundestudie begon. Toch besloot hij na een meeloopdag met een bedrijfsarts vol voor het vak te gaan. ‘Je kunt echt veel voor iemand betekenen,’ vertelt hij enthousiast.
Het scheelde niet veel of Mahdi was na de middelbare school lucht- en ruimtevaarttechniek gaan studeren in Delft. ‘Ik twijfelde nog, ondanks mijn aanmelding. Mijn ouders vroegen me of arts niet iets voor mij zou zijn, een beroep dat bij hen in hoog aanzien staat. Toen besloot ik me ook aan te melden voor geneeskunde.’ Op gevoel koos hij uiteindelijk voor geneeskunde. ‘Het leek me een beroep waarmee ik meer voor anderen kon betekenen.’
Eerst de onderzoekswereld in
Halverwege zijn geneeskundestudie besloot Mahdi zich eerst op onderzoek te richten. ‘Ik wilde mijn kennis verbreden voordat ik als arts aan de slag ging.’ Naast zijn studie volgde hij de master neurowetenschappen aan de Erasmus Universiteit en deed vervolgens promotieonderzoek bij het Centre for Human Drug Research in Leiden. ‘Daar kreeg ik de kans om me te verdiepen in de effecten van geneesmiddelen op het menselijk lichaam. Tegelijkertijd rondde ik de opleiding tot klinisch farmacoloog af bij de Nederlandse Vereniging voor Klinische Farmacologie en Biofarmacie.’
Van dermatologie naar bedrijfsarts
Toch werd Mahdi geen fulltime wetenschapper en onderzoeker. Hij ging aan de slag als arts bij de afdeling dermatologie in een ziekenhuis. ‘Het vak had raakvlakken met mijn proefschrift. Het was interessant werk, maar uiteindelijk viel het specialisme me tegen door de tijdsdruk. Voor een consult had ik slechts tien minuten, wat te kort was om me echt in de patiënten te verdiepen. Daarnaast kreeg ik minder begeleiding dan ik wilde als beginnend arts.’
Gezondheid staat centraal
Mahdi besloot zich te oriënteren op een loopbaan buiten het ziekenhuis. Huisarts viel voor hem af, want ook dan verwachtte hij tijd tekort te komen voor patiënten. Bedrijfsarts dan? ‘Eerst zag ik het niet zitten. Ik dacht dat het vooral draaide om zieke mensen zo snel mogelijk weer aan het werk krijgen. Maar na wat meer te hebben gelezen over het vak, werd ik toch nieuwsgierig.’
Mahdi benaderde via bedrijfartsworden.nl verschillende ambassadeurs om vragen te stellen over het vak. Uiteindelijk gaf zijn meeloopdag bij HumanCapitalCare, bij oud-ambassadeur Arend Hamming, de doorslag. ‘Ik sloot aan bij een verzuimspreekuur en bij een werkoverleg met een bedrijf in de Europoort. Toen ontdekte ik dat je als bedrijfsarts in de eerste plaats bezig bent met de gezondheid van de werknemer, en dat werk en gezondheid nauw met elkaar verbonden zijn. Ook merkte ik dat je als bedrijfsarts echt de tijd krijgt om door te vragen en dieper te graven. Je kunt echt veel voor iemand betekenen.’
Voldoening
De rol vraagt om andere vaardigheden dan veel andere medische specialismen, zoals gespreksvoering in plaats van medicatie voorschrijven, legt Mahdi uit. ‘Ik sprak eens iemand die tijdens het spreekuur agressief werd. Door rustig te blijven en door te vragen, ontdekte ik dat zijn problemen op het werk eigenlijk veroorzaakt werden door zijn privésituatie. En soms moet je ook out of the box denken. Zo hebben we laatst onderzocht of iemand die niet meer op de vrachtwagen kan rijden door schouderklachten, misschien wel kranen zou kunnen bedienen in een terminal. Het geeft veel voldoening om samen pratend en onderzoekend tot een oplossing te komen.’
Mahdi werkt nu met veel plezier bij HumanCapitalCare als anios bedrijfsgeneeskunde. Wat hij naast de inhoudelijke uitdagingen, waardeert aan het vak is de balans tussen werk en privé, en de variatie in het werk. ‘De ene dag spreek ik werknemers van een accountantskantoor, de andere dag ben ik bij een staalfabriek. Die afwisseling is enorm leuk.’
Wil je meer weten over het werk van een bedrijfsarts? Neem contact op met een van onze ambassadeurs.

Wij stellen aan je voor: onze nieuwe ambassadeur Eva Kleine
Eva Kleine begon haar carrière als arts in de psychiatrie, maakte een uitstapje naar interactieve escaperooms en vond toen haar roeping in de bedrijfsgeneeskunde. ‘Stress is voor mij een onuitputtelijke bron van inspiratie.’
Tijdens haar studie geneeskunde en haar werk als arts in de psychiatrie merkte Eva dat er weinig ruimte was voor vernieuwend en innovatief denken. ‘Ik was voornamelijk bezig met het behandelen van patiënten door middel van medicatie, zonder structurele oplossingen voor hun problemen. Dat voelde onbevredigend. Ik stond op een kruispunt: mijn droom om arts te worden had ik waargemaakt, maar uit de praktijk haalde ik geen voldoening. Hoe nu verder?’
Van theater naar bedrijfsgeneeskunde
Kort daarna bezocht Eva een interactieve theater-escaperoom. ‘Ik merkte dat veel situaties daar overeenkwamen met échte werksituaties: tijdsdruk, samenwerken, noem maar op. Hieruit ontstond het idee om bedrijven te helpen met stresspreventie door middel van interactieve escaperooms.’ Zo kwam Eva in aanraking met organisaties en HR-afdelingen, en ontdekte ze voor het eerst de rol van de bedrijfsarts. ‘Ik ontdekte dat bedrijfsartsen een adviserende rol hebben in preventie en ruimte krijgen voor innovatie. Toen wist ik: dit is het artsenvak waarin ik mijn brede kijk op gezondheid en creativiteit wél kwijt kan.’
Een uitdagend krachtenveld
Eva werkt inmiddels zeven jaar als bedrijfsarts bij ArboNed in Amsterdam. Wat haar het meest inspireert in haar werk? ‘Mijn spreekuren en het krachtenveld tussen werkgever en werknemer. Het is een uitdaging om professionele afstand te bewaren en niet verstrikt te raken in de dynamiek tussen aanklager, slachtoffer en redder. Als bedrijfsarts kun je een conflict niet oplossen, maar we kunnen wel faciliteren, ondersteunen en mensen in beweging krijgen zodat ze zelf verantwoordelijkheid nemen.’
In conflicten hebben stress en emoties vaak de overhand, legt Eva uit. ‘Dan ga je slecht slapen en wordt werken steeds moeilijker. De oorzaak van het probleem is dan niet medisch, maar de emoties moeten wel erkend worden. Mijn doel is om in zo’n situatie rust te creëren en te helpen bij stressreductie. Daarna werk ik aan het herstel van de communicatie tussen beide partijen, zodat zij – eventueel onder begeleiding van een mediator – kunnen samenwerken aan een oplossing.’
Meer ruimte voor emoties op de werkvloer
Eva is daarnaast betrokken bij een groot onderzoek genaamd Destress. ‘De focus ligt op vroegsignalering van stress en het ontwikkelen van een AI-tool als preventiemiddel voor werknemers en werkgevers.’ Dit combineert ze met haar promotieonderzoek, dat zich de komende jaren richt op stress en de effecten daarvan op de werkvloer. ‘Stress blijft een onuitputtelijke bron van inspiratie voor mij. Mijn missie is om meer ruimte te creëren voor emotie op de werkvloer, en om hier de juiste aandacht en tijd aan te besteden.’
Tips voor toekomstige bedrijfsartsen
Heeft ze nog een tip voor geneeskundestudenten of artsen die overwegen om het vak van bedrijfsarts in te gaan? ‘Loop een dagje mee! Ervaar het zelf en ontdek hoe veelzijdig en uitdagend dit vakgebied is. Het kan je wereld echt openen.’